Vor de leut mar nie vor joker

Zaterdag 11 februari trok het team van PK2 zuidwaarts voor de ontmoeting met HMC Oeteldonk, zoals gebruikelijk opererend vanuit hun basis in Zandhazendurp. Zoals u misschien begrijpt: het is carnavalstijd. Ik schrijf dit verslag vanuit ‘t Kielegat, mijn ouders wonen tijdelijk in Papland en mijn jongste broertje is een trotse inwoner van Kaaiendonk (1) Behalve hun traditionele carnavalsnaam heeft iedere gemeente jaarlijks een nieuw carnavalsmotto. De titel boven dit verslag was het motto van het carnaval in Altere (2) in 1995. Vaak getuigen de motto’s begrijpelijkerwijs van een feestelijke onbezorgdheid (“De gaank erin”, “Loat ons mar schuive”), maar ik kwam ook een paar aardige tegeltjeswijsheden (“Beter gek geproat als gek gedoan”, “A de klokke stille staét, dan lopt d’n tied deur”) en inspirerende one-liners (“Loat zien
dagge nu knust zijt!”, “Giftum kès!”) tegen.

‘T gi nie oaltied voe de wind

Maar goed, we speelden dus tegen HMC Oeteldonk. Op voorhand misschien niet met al te hoge verwachtingen. Zij horen  toch eigenlijk in de Meesterklasse thuis en wij kijken dit seizoen juist een beetje over onze schouder. Grappig detail was dat bij aankomst in de speelzaal bleek dat bij onze borden nationale vlaggetjes waren geplaatst. Hieruit bleken bij onze tegenstanders twee zuiderburen en een Portugees mee te spelen. (Bij ons stonden 10 Nederlandse vlaggen. Maar wat als een team onverwacht met een gastspeler uit de Cook-eilanden of Burundi op de proppen komt?) Bijkomend grappig detail was de vlaggen bij sommige spelers (waaronder ik) halfstok hingen.

Me wille wè, mao we kunne nie (3)

Hoewel de einduitslag anders doet vermoeden werd het een hele spannende wedstrijd waarin we als team lange tijd heel goed voor de dag kwamen. Onze meest universele speler zorgde voor het eerste resultaat met een indrukwekkend solide
remise. Op de andere partijen was sprake van harde gevechten waarin de marges lang smal bleven. Hele mooie  opstekers waren de overwinningen van Marijn en Dirk (zie partijen), maar op alle andere borden vielen de uitslagen aan het einde van de streep tegen. Misschien dat uiteindelijk toch een verschil in kracht en hardheid de doorslag gaf. Typerend was dat ik mijn gewonnen ongelijke lopereindspel heel slecht behandelde en in remise liet verzanden terwijl Tom in zijn ongelijke lopereindspel na taai verdedigen juist een kans op remise miste en verloor (zie partijfragment). Op de andere borden zat het ook niet mee of schoten we onszelf in de voet. Uiteindelijk dus resulterend in een fikse pandoering.

Waar we vorig jaar de punten afsnoepten van de hooggeplaatste teams en het tegen de lagere teams lieten liggen zullen we dat dit jaar dus andersom moeten doen. Gezien het vertoonde spel denk ik dat we ons weinig zorgen hoeven te maken.

We bluuve koenkele!

(1) Breda, Wouw en Oosterhout
(2) Halsteren
(3) dit was het ietwat droevige motto van een carnavalsvereniging tijdens één van de corona-jaren.. Een andere die ik tegenkwam was: “Hoesten, we hève û problem”.

HMC Den Bosch – Paul Keres 2: 7-3
1. Van der Stricht – Cornelisse 1-0
2. Schoorl – De Jong 1-0
3. Bosch – Smits 0,5-0,5
4. Martens – Floor 0-1
5. Burg – Smeets 1-0
6. Margarido – Rebers 1-0
7. Mollema – De Rooij 0,5-0,5
8. Abeln – Janse 1-0
9. Hermeling – Otte 0-1
10. Victor – Both 1-0

‘T Ooge wil ok wat!

 

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.