Het tweede team heeft het kalenderjaar 2022 afgesloten met een 6-4 overwinning op het team van DSC. Het was een zeer nuttige overwinning. Waar wij vorig seizoen lange tijd hoog in de ranglijst te vinden waren voelen we dit seizoen na een slechte start (voorlopig) de adem van de staartteams in onze nekharen.
Op papier was DSC iets sterker dan wij. Er ontstond een spannende wedstrijd met veel lange partijen en uiteindelijk slechts twee remises. Om met de remises te beginnen: over mijn eigen partij zou ik misschien liever het zwijgen toe doen. Ik werd positioneel geheel overspeeld en was mijn tegenstander zeer erkentelijk dat ik in de partij bleef. In het verre eindspel dat ik nog heel even voorzichtig te kunnen hopen op meer maar daar kwam natuurlijk niets van terecht. Dan was de partij van John een stuk beter. In een positioneel zeer verantwoorde partij met smalle marges miste hij in het verre eindspel nog wel een goede kans op een puntje. In een ambachtelijke analyse licht hij een en ander toe.
De punten werd achtereenvolgens binnengebracht door Jan Jaap, Raymond, Gerben, Kobe en Dirk. Afgaande op de beschrijving heeft Gerben achter het bord het meest genoten. Het was een partij met een hoog “paardje hop”-gehalte, zo nu en dan wat “pakkie pakkie” en toen er in het eindspel sprake was van “drie verbonden vriendjes” duurde de partij niet lang meer.
De volgende twee diagrammen laten vooral het kantelen van de witte paarden mooi zien:
Hoewel minder kleurrijk in zijn analyse vermoed ik dat Raymond achter het bord ook wel stilletjes dankbaar zal zijn geweest een slaaf van Caissa te zijn. Schaken zoals het bedoeld is en dan de partij beslissen met een stukoffer. Konden we maar altijd zo winnen! Zie hieronder het verslag de partij met analyse van Raymond. Warm aanbevolen!
Jan Jaap was verantwoordelijk voor het eerste punt. In een stelling die ongeveer gelijk was groef zijn tegenstander vakkundig zijn eigen graf. Zie hiervan de analyse van Jan Jaap:
0-0-0
Ik had al wat zitten speldenprikken op de koningsvleugel wat zwart steeds netjes pareerde; logisch, zijn stelling is degelijk en er is niet veel aan de hand. Na mijn volgende speldenprik 19. Lf4-g5 besloot zwart dat hij het verdedigen beu was: 19… Dxe5?! 20. Lxd8 Txd8 en een kwaliteit voor, maar de zwarte stelling is gesloten als Fort Knox. Het was echter onverwacht snel afgelopen: na 21. Df4?! (niet de beste, maar ik wilde risicoloos op winst kunnen spelen) Dxf4 22. exf4 kwam het verwachte 22… h6? 23. f5! e5? 24. Le4 en opgave. Niet erg hoogstaand allemaal, maar het was mijn eerste punt in lange tijd, dus ik was er allang tevreden mee.
0-0-0
Kobe en Dirk haalden na lange partijen de laatste volle punten binnen. Kobe besliste het duel der Benjamins in zijn voordeel na een felle strijd in een Najdorf terwijl Dirk uiteindelijk na een lang Frans gevecht de partij in zijn voordeel besliste.
Er waren natuurlijk ook verliezers. Eugene kwam door een blunder van zijn tegenstander al in de opening gewonnen te staan maar verloor in 33 zetten. Tom speelde met zwart tegen hun sterkste speler een vlijmscherpe Caro-Kann waarin hij kennelijk een verbetering had t.o.v. een partij van Magnus Carlsen. Hij offerde vervolgens -correct- een kwal en daarna -foutief- nog een stuk op zich vervolgens kapot te lopen op een secure verdediging. De lezer begrijpt hopelijk dat deze partij vanwege de theoretische belangwekkendheid voorlopig aan het nageslacht onthouden wordt. Hopelijk kan Tom er ooit een mooie scalp mee verschalken! Van de partij van Bert heb ik, behoudens een wat curieus ogende openingsfase niet veel meegekregen. Laten we het erop houden dat hij ondanks taai verdedigen na een heroïsche strijd in het eindspel ten onder ging.